Als je deze strook ziet is het best mogelijk dat onze website niet optimaal functioneert of zelfs niet werkt bij bepaalde onderdelen. Je gebruikt best een recente versie van Chrome, Firefox, Safari of Edge.

Contact | Secretariaat
Martine Pollier
Zandstraat 324, 8200 Brugge
T +32 50 322 420
info@archipelvzw.be

Debat

Islam Research of Identity

Met Sieg Vlaeminck, Han Verschure & Ignaas Deboutte
Vrijdag
19.12 1986
20:30

In samenwerking met:

Vereniging Algemene Aannemers Bouwwerken, Brugge

De springvloed van een uit het Westen geïmporteerde architectuur lijkt het laatste decennium in de Islamwereld te stuiten op een architecturale herbronning. Een zoektocht naar een waarachtiger identiteit. Van eenvoudige woningbouw tot spectaculaire monumenten … een zoektocht naar “the right architecture on the right place”.

Een bijzonder revelerende videofilm voor Westerse ogen. De springvloed van een uit het Westen geïmporteerde, internationale “passe-partout” architectuur (die plaatsen en een cultuur van zijn identiteit vervreemde), lijkt het laatste decennium in de Islamwereld te stuiten op een architecturale herbronning. Een zoektocht naar een waarachtiger identiteit. Van eenvoudige woningbouw tot spectaculaire monumenten … een zoektocht naar “the right architecture on the right place”.

ISLAM RESEARCH OF IDENTITY

De stormachtige ontwikkeling van de olie-industrie in de landen van de Golf: Koeweit, Saoud-Arabië veroorzaakte een stedenbouwkundige explosie. Het midden-Oosten stond plots voor de onmogelijke taak de steden van de 20ste eeuw in snel tempo uit de woestijn te laten oprijzen. De modellen en technieken voor zo’n operaties werden gehaald waar ze voorhanden waren : uit het Westen. Manifestaties van internationale moderne architectuur werden gereproduceerd als tekens van vooruitgang. De traditionele woningtypologie (woningen rond een binnenhof) werden vervangen door de appartementsblokken. Steden werden “places of nowhere” die hun culturele “roots” ontkenden. Dit identiteitsverlies werd, zoals de architect Kamal El Kafrani het uitdrukt : “veeleer een filosofisch probleem dan een architecturaal probleem”.

Koeweit heeft in die operatie de meeste sporen van zijn verleden reeds verloren. Er kwamen nieuwe gebouwen zonder identiteit, zonder context. In de laatste jaren kwam hierin echter een kentering en ziet men internationale architecten aan het werk met belangstelling voor zowel culturele als klimatologische context. In de nieuwe luchthaven (Kenzo Tange) werden culturele beelden verwerkt. In het nieuw parlementsgebouw inspireerde Jorn Utzon zich op de structuur van de Bedoein-tent. Gigantische kolommen dragen een betonnen “zeildak”. Een gebouw met een sterke “sence of place” en een respect voor de geschiedenis van een land. De nieuwe moskee van Mohammed Makilia combineert traditionele elementen met moderne technologie. Ruimte en licht worden in dienst gesteld van de spirituele context. Het functioneel ornament (de letters uit de Coran) krijgt opnieuw zijn rol te spelen.

Daarnaast bouwde John Bonnington de “stock exchange” als een duidelijk modern gebouw (voor die functie bestaat geen historisch “model”). Hij beperkte de verwijzing naar de Islam tot de inkomdeur, en koos als uitgangspunt voor het gebouw : de klimatologische condities van de plaats … De nieuwe watertorens in de woestijn van Lundström zijn een symbolisering van de oase en een monument voor het water …

YEDDAH.
Naast deze sterke voorbeelden, is er ook de pastiche. Post-moderne fantasieën uit oppervlakkige bijeengeraapte geometrische patronen … Wat de Egyptische architect Hassan Fathy echter doet voor het huis van de dochter van de emir, is een authentiek pleidooi voor Arabische woningbouw, gegroeid uit traditie. Hier gaat het niet om “façade architectuur” of gratuite opsmukking met bogen en dekoraties, maar om een inheemse architectuur van gedroogde aarde opgebouwd met traditionele technieken en materialen. Bij de hieruit als vanzelfsprekend voortvloeiende ruimtes en volumes, wordt de vraag “what is it doing here?” overbodig.

DOHAH.
Een nieuwe stad in de woestijn.
Het ministerie van informatie is een combinatie van traditionele ruimten en een modern kantoorcomplex. De Cattah-universiteit (Kamel Kafrani) met zijn typische “windtorens” is een gebouw waarin zowel de cultuur van de plaats, als het klimaat een grote rol speelde, Zon en schaduw, en wind als “air-conditioning” scheppen hier een micro-klimaat, waarbij de architect Kamel Kafrahi de cultuur een dominante rol laat spelen over de technologie.

YEDDAH.
Op weg naar Mekka bouwde het bureau Skidmore-Owings & Merill een dak in de woestijn bestaande uit 210 gigantische tenten. Een terminal voor een miljoen Moslims die hier elk jaar een tijdelijk onderdak vinden. Hetzelfde bureau (S.O.M.) bouwde in het stadscentrum de National Commercial Bank (architect Georges Bunschaft). Deze westers aandoende wolkenkrabber vertoont zich als een gesloten volume op een driehoekige plattegrond. Op verschillende hoogten werden driehoekige uitsnijdingen uit het volume gehaald. De inwendig gelegen beglaasde bureauwanden liggen in een diepe schaduw verzonken. Centraal brengt een vertikaal atrium licht tot de lager gelegen bankruimte. De wijze waarop moderne architektuur hier ten dienste staat van een micro-klimaat, transcendeert als het ware tijd en geografie.

De burgemeester van Yeddah, zelf architect, gaf de Egyptenaar Abdel Waked El-Wakil (een leerling van Hassan Fathy) de opdracht een moskee te bouwen aan het water. Ook het “Sulaman Palace” is het werk van El-Wakil. We zien hier een architectuur die niet opgebouwd is uit clichés maar geënt is op lokale ambachtelijke tradities. Een haast natuurlijke architectuur. De naast het paleis gelegen moskee (evenens El-Wakil) maakt de centrale plaats van de religie in de Islam-gemeenschap duidelijk. Een religie waar het zoeken naar “wijsheid” hoger gesteld wordt dan het zoeken naar “kennis”.
En een architectuur die hier uitdrukking aan geeft. Voor El-Wakil is moderne islam-architectuur geen stijl, geen mode, maar de uitdrukking van een “way of life” en de verlenging van constante in de natuur. De zon, de woestijn en de geest van een volk. Architectuur dus als medium tussen mens en natuur.

Uit de Islamitische architectuur zijn, aldus de programmamakers, ook voor het westen lessen te trekken. Het begrijpen van menselijk gedrag, culturele verschillen en praktische noden is essentieel. Waar dit niet begrepen wordt, faalt de architectuur, zowel in het Westen als in het Oosten. (vrij opgetekend naar het programmacommentaar) Gaat het in de Islam inderdaad opnieuw om een zoektocht naar “the right architecture on the ringt place”? Hoe verspreid is deze zoektocht ? Welke moeilijkheden ondervindt ze? Het panelgesprek en debat kan hierin wellicht opheldering brengen.

HET PANEL:

Sieg Vlaeminck
- De vaste huismoderator van deze reeks
- socioloog
- licentiaat sociale wetenschappen stedenbouw en ruimtelijke ordening
- docent aan het Hoger Architectuurinstituut te Hasselt

Han Verschueren
- architect
- master of science in architecture – Seattle Washington
- docter in de architectuurwetenschap – K.U.Leuven
- coördinator post-graduate: Human Settlements – K.U.Leuven, departement architectuur stedenbouw en ruimtelijke ordening
- werkte o.a. In Saoudi-Arabië, voor “Mens + Ruimte”
- K.U.L-opdrachten in Ruanda, Kenia, Tunesië, Thailand, Indonesië, Philippijnen, Sri Lanka, Zambia …
- gastcolleges in Z.O-Azië

Ignaas Deboutte
- Architekt en vennoot Planinter
- Planinter is partner van Mens+Ruimte–Internationaal
- architectuur en stedenbouwkundig projecten in Saoudi-Arabië, Verenigde Arabische Emiraten, Koeweit, Nigeria, en België.