Als je deze strook ziet is het best mogelijk dat onze website niet optimaal functioneert of zelfs niet werkt bij bepaalde onderdelen. Je gebruikt best een recente versie van Chrome, Firefox, Safari of Edge.

Contact | Secretariaat
Martine Pollier
Zandstraat 324, 8200 Brugge
T +32 50 322 420
info@archipelvzw.be

Bezoek

Rotterdam, Culturele hoofdstad 2001

Daguitstap
Zaterdag
20.10 2001
Rotterdam
Nederland

Rotterdam is culturele hoofdstad Europa in 2001. Wie de laatste decennia in of langs Rotterdam voorbij kwam, kan onmogelijk het “wereldstad” gevoel zijn ontgaan.

Rotterdam is culturele hoofdstad Europa is en we zullen op onze uitstap wel voeling krijgen met dat feit.
Traditiegetrouw concentreren wij ons op een specifiek onderdeel van dat culturele: Hedendaagse architectuur. In Rotterdam valt één en ander te beleven. Wie de laatste decennia in of langs Rotterdam voorbij kwam, kan onmogelijk het “wereldstad” gevoel zijn ontgaan.

In de zeventiger –tachtiger jaren liepen in het “bouwcentrum” tentoonstellingen met heroïsche en pathetische veldslagen over de “toelaatbaarheid” van hoogbouw voor die stad. De sixties werden uitgewuifd, de torens zijn gekomen. Een naar gevoel bekruipt me als ik schrijf, zelfs een WTC toren. (Staat niet echt op ons programma, we werpen een .. blik.) Een nieuw millenium. Ons programma heeft een zestal grote delen.

1
HET ZUID

Een boeiende wandeling door arbeiderswijken gaande van de Engelse tuinwijken over Hollandse zuinigheid in beton naar de eerste modernistische experimenten.

Tuindorp Vreewijk Deze wijk werd in 1916 op initiatief van de bankier K.P. van de Mandele gebouwd naar ontwerpen van Berlage en Granpré Molière. Het is een perfect voorbeeld van de tuindorpgedachte die aan het begin van de 20e eeuw opgeld deed in stedebouwkundige kringen. De opzet is traditioneel en eenvoudig en bood aan 5700 arbeidersgezinnen een relatief goede woning voor een betaalbare huur in een zeer groene, dorpse omgeving. Het ontwerp is sterk doordacht. Er goed gelet op de oriëntatie van de huizen op de zon, de straatprofielen, bomen, lantarenpalen etc. De wijk is inmiddels geheel gerenoveerd. Het dorp moest een soort overgang vormen tussen het platteland, waar de meeste bewoners vandaan kwamen, en de stad waarheen zij waren getrokken.

Stulemeijercomplex Dit is het eerste betonexperiment in Rotterdam uitgevoerd in 1921 volgens het Isola-systeem van IGB (voorheen Stulemeijer), een concurrent van Kossel. Dit complex bestaat ook uit losse rijen woningen met platte daken, die nogal afsteken tegen de traditionelere bebouwing er omheen.

Kiefhoek Tussen 1925 en 1930 ontwierp Oud een wijkje voor grote gezinnen met een kleine beurs. Het heeft alles van een in tot de kleinste details uitgedachte woonwijk. Vrijstaande kopwoningen, wit pleisterwerk, platte daken, horizontale vensterstroken een speelplaats en primaire kleuren. De harmonische opzet van de wijk toont Oud’s afkomst uit de kunststroming de Stijl. Het was voorlopig een van de laatste gemeentelijke projecten. De bouwkosten waren weer gekelderd en daarmee verdween ook de noodzaak voor beton en dus werd de Kiefhoek gewoon gemetseld en daarna gepleisterd. Er werd ook weer meer gebouwd door particulieren, zij het niet voor de allerarmsten, waarvoor de Kiefhoek was bedoeld. Voor het besluit tot realisatie ontstond in de Gemeenteraad een nogal onsmakelijke discussie. In de oorspronkelijke plannen waren de woningen voorzien van een douche en een extra kraan op de slaapetage. Dit was voor veel raadsleden te veel luxe. “Valide” arbeiders hadden die immers ook niet. Het had dus geen pas om met hun belastinggeld voor de allerarmsten wel dergelijke luxe voorzieningen te scheppen. Volgens een raadslid was dit ook niet nodig: “…die menschen verlangen niet naar dat water in zoo grote hoeveelheid in hun woningen. Dat is een soort bewoners, die veeleer watervrees dan waterlust hebben.” Ook stelde hij “dat het niet op den weg van de Gemeente ligt om woningen te bouwen met het doel gezinnen te verheffen.” Vanaf 1985 zijn de woningen gerenoveerd door architect W. Patijn. Twee woningen zijn samengevoegd tot één en de gevels zijn enigszins aangepast.

2
KOP VAN ZUID

Zoals in zovele havensteden is dit oude havengebied ( 125 ha) aan de Zuidelijke Maasoever verouderd en leeg komen te staan en is de havenbedrijvigheid verleg naar nieuwe containerhavens.
Het bestemmingsplan is vastgelegd in 1991 en met een Hollandse voortvarendheid zijn woningen, burelen, onderwijs, recreatieve en openbare voorzieningen gebouwd en is op vandaag reeds heel wat gerealiseerd. Er staat nog heel wat op stapel.
Wij zien
Erasmusbrug – Ben Van Berkel,
Ichtuscollege – Eric Van Egeraat,
De Ichthus Hogeschool Rotterdam heeft in het jaar 2000 een gloednieuw hogeschoolgebouw betrokken. Het acht verdiepingen hoge pand – een futuristisch ontwerp – is helemaal van glas en staal met uitzicht op het water met in de verte de Rotterdamse havens
Brugwachtershuis – Bolles & Wilson
Luxor theater – Bolles & Wilson
Het gebouw is een zogenaamd 360 graden gebouw, dat van alle kanten aantrekt. De organisatie van het Nieuwe Luxor speelt zich af rond een inpandig laadplatform, waarvoor een optimale driedimensionale vorm werd ontwikkeld voor de 18,5 m grote draaicirkels van de vrachtwagens. De geometrie van platform en theater zijn nauw op elkaar afgestemd binnen de rondomlopende façade. De oost- en westfaçades bestaan uit standaard gefabriceerde ‘Western Red Cedar’-panelen, opgehangen aan een stalen structuur. Luxor krijgt een ‘Times Square’ achtige affichering, waarvoor drie niveaus zijn voorzien: ter hoogte van de fly-tower komt een lichtkrant, een huizenhoge acteur/actrice (vaste afbeelding) staat gericht op de bezoekersstroom vanaf de Erasmusbrug, en de entree wordt gekenmerkt door een programmatableau boven de verkoopbalie.
KPN Kantoorgebouw – Renzo Piano,
Aan de zijde van het Wilhelminaplein zou een groot beeldscherm op de gevel worden aangebracht van 98 × 40 meter. Deze gevel helt iets voorover. Dit plan is echter verlaten en daarvoor in de plaats is een lichtspel gekomen van groene blokjes. Boven de parterre bevindt zich een lichtkrant. De wand wordt gestut door een pijler van ongeveer 45 meter.

Cruise terminal
In 1946 werd hier voor transatlantische passagiers een vertrekhalgebouwd door Brinkman, Van den Broek en Bakema, alledrie exponenten van het Nieuwe Bouwen. Het gebouw bestaat uit een betonconstructie van zes schaaldaken. De zijgevels zijn geheel voorzien van glas. Onder het meest linkse schaaldak is nu het Grand-Café/Restaurant Rotterdam gevestigd. De rest van het gebouw wordt ingenomen door de Cruise Terminal Rotterdam.
World Port centrum – Sir Norman Foster & Partners,
In dit bedrijfsverzamelgebouw zullen bedrijven en instellingen worden gevestigd die een relatie hebben met de scheepvaart en de haven, waaronder het Gemeentelijk Havenbedrijf, de Havenwerkgeversvereniging SVZ en een gemeentelijk calamiteitencentrum. Het World Port Center wordt het hoogste gebouw van Nederland en bestaat uit twee torens met in het midden de liftschachten. De oostelijke toren is vierkant, meet 89,6 meter en telt 23 etages. De westelijke toren is half rond, meet 125 meter en telt 32 etages. De mast reikt tot 145 meter. Boven de 29e etage, op 110 meter hoogte, komt een uitkijkplatform. Dit platform springt ten opzichte van de ronde gevel iets terug. Op de 31ste en 32ste etage komen conferentieruimten.
De plaats waar OMA.. Rem Koolhaas ( 2002-2005) etc…

s’ Middags lunchen we in Hotel New York (1901), het voormalig hoofdkantoor van de Holland-Amerikalijn, van dit oorspronkelijke gebouw resteert alleen nog de noordgevel. In 1908 kregen de architecten de opdracht om samen met Van der Tak een aan de oostzijde uitbreiding te ontwerpen voor magazijnruimte. In 1920 kreeg het gebouw het huidige westfront. Bij de uitbreidingen is gestreefd naar een zo groot mogelijke eenheid in stijl. In de gevel zijn vier reliëfs aangebracht met elk twee figuren uit de verschillende werelddelen. De architecten waren Müller en Drooglever Fortuyn. Hollandser kan toch niet… droge lever en fortuin, mmm sorry.

3
VAN NELLE FABRIEK.

Na de middag bezoeken we het zopas gerestaureerde functionalistisch meesterwerk uit 1925-1931. De Van Nelle fabriek van Brinkman & Van Der Vlugt. Deze fabriek voor tabak, koffie en thee ( toen ging dat nog samen ) kan beschouwd worden als een van de grootste iconen van het Nieuwe Bouwen in Nederland. Van der Vlugt wordt bij de bouw betrokken na de dood van Michiel Brinkman. Er is dan alleen een globaal structuurplan van de indeling van het terrein bekend. Het ontwerp van de fabriek is op vele punten innoverend. Dit is naast de inventiviteit van de jonge Van der Vlugt en zijn medewerkers vooral te danken aan de inzet van de opdrachtgever C.H. van der Leeuw. Naast het optimaal functioneren van het bedrijf is grote nadruk gelegd op het creëren van verbeterde werkomstandigheden voor de arbeiders. Een belangrijke medewerker was Mart Stam. Zijn inbreng is waarschijnlijk vooral bepalend geweest voor het strakke, uiterst functionele karakter van de fabrieken. De expressievere vormen van het kantoor en de “bonbondoos” op het dak ( waar Stam het zeer moeilijk mee had) zijn Van der Vlugt ’s inbreng, die het objectieve functionalisme koppelt aan een humane architectuuropvatting

4
MUSEUMPARK EN OMGEVING.

Deze museum–omgeving heeft heel wat interessante architecturale realisaties uit de negentiger jaren en de recente uitbreiding Boijmans Van Beuningen door onze eigen Paul Robbrecht & Hilde Daem.
Nationaal Architectuur Instituut (NAI) 1988-93 Jo Coenen
De ontstaansgeschiedenis van het instituut was niet eenvoudig. Er ging een heuse Amsterdam-Rotterdam strijd aan vooraf. Het winnende ontwerp was (verrassend) van Jo Coenen. De drie functies van het instituut zijn in drie afzonderlijke gebouwdelen ondergebracht. Het archief in de kromming aan de Rochussenstraat, de staf en bibliotheek in het flatgebouw en de tentoonstellingsruimte aan de zijde van de Jongkindstraat. De arcade aan de Rochussenstraat is ’s avonds door gekleurde TL-buizen verlicht waardoor een dynamisch lichtkunstwerk (ontwerp Peter Struycken) ontstaat.
Kunsthal, 1988-92 OMA Rem Koolhaas
Het gebouw dient als expositieruimte voor bijzondere tentoonstellingen waarvoor in de bestaande musea geen ruimte is. Het gebouw wordt doorsneden door een voetgangershelling die het Museumpark met de Westzeedijk verbindt. Het deel rechts van de helling bevat een auditorium en een restaurant, het grotere linkerdeel twee expositieruimtes. De grote hal boven heeft een transparant dak en een groot “etalagevenster”. Op het dak wordt een grote installatietoren gebruikt als billboard om de tentoonstellingen aan te kondigen.
Museumpark 1985-1993 Yves Brunier en OMA
Natuurhistorisch Museum 1992-95 Erik Van Egeraat
Het is gevestigd in de voormalige villa Dijkzigt van de familie Van Hoboken uit 1852. Het is een neo-classicistisch bouwwerk van Metzelaar. De glazen uitbreiding dateert van 1995.
Boijmans Van Beuningen 1928-35 Van der Steur
1995-02 Robbrecht en Daems
Aanvankelijk was de, door de advocaat Boijmans aan de stad nagelaten kunstverzameling, ondergebracht in het Schielandshuis. De ondernemer Van Beuningen (Steenkolen Handelsvereniging) was van belang bij de financiering van de bouw van een nieuw museumgebouw en uitbreiding van de collectie. De nieuwbouw was nodig omdat de collectie te groot werd voor het Schielandhuis. Stadsarchitect Van der Steur ontwierp het gebouw. E r was veel kritiek uit hoek van de Nieuw-Zakelijke bouwers op het zeer traditionele ontwerp. Van der Steur had zich met name laten inspireren door het Stadhuis van Stockholm uit 1923. De toren heeft de functie van opbergruimte.
Woonhuis Sonneveld 1929-33 Brinkman &Van der Vlugt Woonhuis Boevé 1931-33 Brinkman &Van der Vlugt

5
CENTRUM-LIJNBAAN-SCHOUWBURGPLEIN

Op het ogenblik dat de winkels sluiten gaan we eventjes doorheen het shopping hart van Rotterdam wandelen-stappen-lopen ( zo zijn die archipellers ):

Mega Pathé Koen Van Velzen
Dit complex met zeven zalen en 2700 stoelen was op het moment van bouwen het grootste in Nederland. Het staat boven op een parkeergarage, zodat de constructie licht moest zijn. ‘s Avonds dringt het licht vanuit de foyer door de halfdoorzichtige gevel naar buiten. Het ontwerp uit 1992 kwam in 1996 gereed.
Schouwburgplein West 8 ( Adriaan Geuze) bruno vanbesien
Het Schouwburgplein zelf is decennialang het voorwerp geweest van verhitte debatten. Het oorspronkelijke plein werd vaak als karakterloos, te groot, winderig en ongezellig ervaren. In 1990 wordt een voorstel van Adriaan Geuze (West8) aangenomen om het plein op nieuw in te richten. Het plein wordt een soort podium dat 35 cm boven straatniveau ligt. De randen zijn verlicht zodat het plein lijkt te zweven. De vloer is een compositie van houten, metalen en epoxy delen. Verder zijn er vier kraanachtige lichtelementen geplaatst, die met behulp van een bedieningpaneel midden op het plein, door het publiek kunnen worden bestuurd. (Knop 1 voor de keuze van de lamp, OK, Knop 2 voor de keuze van de stand, OK).
Schouwburg Quist
Uit 1988 is een sober en strak ontwerp, maar door Rotterdammers smalend “de kist” genaamd.
De Doelen concertgebouw Kraaivanger – Fledderus
Bij de opening in 1966 had Rotterdam na 26 jaar weer een concertzaal. Met de plannen was al in 1955 begonnen. Door voortdurende aanpassingen begon de bouw pas in 1962. De bouwers beoogden een tijdloos gebouw, waarin vooral oog was voor functionele aspecten. Er is ook getracht expressie aan het culturele karakter van het gebouw te geven, waarbij monumentaliteit werd vermeden, opdat bezoekers niet zouden worden afgeschrikt. Hiervoor dienen het koperen dak van het auditorium en de decoratieve gevel. In 2000 is de nieuwbouw links van de Doelen gereedgekomen. Hoogstad ontwierp een uitbreiding naast en over het oude gebouw heen. Daardoor wordt een deel van de robuuste gevel van de Doelen aan het zicht onttrokken. De nieuwbouw biedt de Doelen de hoognodige uitbreiding van de capaciteit voor congressen. Daar weer naast is het in gele baksteen uitgevoerde gebouw van de Hogeschool voor muziek en dans verrezen. Het geheel vormt architectonisch een nogal onsamenhangend mengsel van stijlen. Hoogstad vindt interieurs dan ook veel belangrijker dan de buitenkant: “architectuur is niet voor de prentbriefkaarten”.

De lijnbaan Vanden Broek & Bakema
Het winkelcentrum werd in 1953 geopend. Het ontwerp van Van den Broek en Bakema, was voor Nederland revolutionair. Voor het eerst werd een exclusief voetgangersgebied gecreëerd. De bevoorrading verloopt via bedieningstraten aan
de achterkant van de winkels. De kantoren zijn eveneens achter de winkels. De winkels zijn twee lagen hoog boven een kelderetage. De breedte varieert. Het winkelaanbod is in de loop der jaren wel wat verschraald. Door het gefragmenteerde eigendom was het voor de gemeente zeer moeilijk om het aanzien van de Lijnbaan te moderniseren. Allerlei plannen stuitten op verzet van individuele eigenaren maar uiteindelijk werden de gevels en luifels gemoderniseerd, de bloemperken verwijderd en de verlichting aangepast. Geleidelijk aan werd het winkelaanbod kwalitatief iets beter.
De Bijenkorf Marcel Breuer
(1955-57). Gebouwd als een gesloten doos, heeft het een gevel met raatvormige travertinplaten.
Café De Unie reconstructie J.J.P.OUD
Op nr. 34 van de westersingel staat de replica uit 1985 van het vooroorlogse café De Unie, een ontwerp van J.J.P. Oud uit 1924. De vlakverdeling en het gebruik van primaire kleuren maken De Unie tot een uitgesproken De Stijl-compositie

6
DELFSHAVEN

We besluiten de dag met een bezoek aan een verrassend deel van Rotterdam, de wijk Delfshaven. Deze deelgemeente heeft nauwelijks een metamorfose ondergaan en dat is zeldzaam voor een stad waar de sloophamer nooit slaapt.

Scheepvaartvereniging Zuid, het werkgeversverbond van de Scheepvaart en Havenbedrijven in Rotterdam. Het gebouw is symmetrisch en is door Kromhout in 1922 voltooid. Sommige elementen zoals de boegvormige geveleinden en de masten op het dak, geven het een maritiem karakter. De tegenover gelegen drukkerij is ook van Kromhout (1925). De architectuur leunt aan bij de Amsterdamse school.
Rotterdamsch Lyceum opgetrokken door J.H. de Roos en W. F. Overeynder in 1928 is een voorbeeld van het zakelijk expressionisme. De volumes zijn zeer sober gehouden en duidelijk afleesbaar. Daar tegenover zijn de interieurs uitgerust met geraffineerd aangebrachte ramen met glas in lood, met hoog symbolistische betekenis.
Er tegenover ligt de uitgestrekte terreinen van een exportmaatschappij die nu leeg staan. Hier komt de nieuwste uitbreiding van Rotterdam, het Lloydkwartier, waar pakhuizen gerenoveerd worden en nieuwe woonblokken komen. Rotterdam woont aan de Maas. Binnen een 10 jaar komen we eens terug!
We eindigen aan de oude Delfhaven, tussen de molens. De thuishaven van Piet Heyn. Hier kunnen we nog wat eten voor we terugkeren.

Wim Supply, Gery Vandenabeele

Programma

Tuinwijk zuidplein betondorp
Ichtuscollege – Eric van Eggeraat, 1996
Luxor-theater – Bowles & Wilson 1998
Bruggenwachtgebouw – Bowles & Wilson, 1991
Belvedere-kpn bureel – Renzo Piano, 2000
Erasmusbrug (de zwaan) – Ben Van Berkel & Bos, 1996
Holland-amerika lijn – Müller/ Drooglever Fortuijn, 1901
Grand cafe Rotterdam
Marine safety rotterdam – Norman Foster, 1993
World port center – Norman Foster
Masterplan wilhemina-pier – Norman Foster, 1993
Van nelle fabriek – Brinckman & van der vlugt, 1925
Kunsthal – OMA, 1988
Natuurhistorisch museum – Eric van Eggeraat, 1992
Museumpark – OMA & Blaisse & Brunier, 1985
Tuinpaviljoen Boymans van Beuningen – Henket, 1989
nai – Jo Coenen, 1988
Boymans van Beuningen – Vandersteur, Bodon & Robbrecht & Daem
Sonneveldhuis – Brinckman & Van der Vlugt, 1929
Chabotmuseum – Baas, 1938
Boevehuis – Brinckman & van der Vlugt 1931
Hotel Barkzicht – Mecanoo, 1990
Lijnbaan – Banden Broek & Bakema, 1951
Megabioscoop Pathe – Koen Van Velsen, 1992
Schouwburgplein – West 8 (Geuze), 1992
Schouwburg – Wim Quist, 1982
Café de unie reconstructie – JJP Oud, 1924
WTC – Groosman partners, 1983
Bijenkorf – Marcel Breuer & a.elzas, 1955
Prada concept – OMA
Metrogebouwtje – Loyds
24 kv gebouw – RWA