Toyo Ito's pavilion in Bruges
"Alles van waarde is weerloos"
Lucebert
Naar aanleiding van de aangekondigde afbraak van Toyo Ito's paviljoen te Brugge
Het bekende citaat van de Nederlandse dichter Lucebert is vandaag wel erg toepasselijk op het paviljoen van Toyo Ito op de Burg te Brugge. Hoewel in 2002 geconstrueerd en bedoeld als een tijdelijke constructie voor het culturele jaar, besliste het Brugse schepencollege in oktober 2002 om het paviljoen te laten staan omdat “het [...] een prachtig staaltje van moderne architectuur is, een statement van ons beleid en samen met het Concertgebouw hét icoon van Brugge,” aldus burgemeester Moenaert (De Gentenaar, 11 oktober 2002). Aan alle beslissingen van begeesterde en gemotiveerde personen die ervoor hebben gezorgd dat het paviljoen er kwam en bleef staan, wordt nu een abrupt einde gemaakt door een verstrooide en onhandige heftruckchauffeur. De schade die hij aanrichtte in augustus 2006 leidde tot het weghalen van de brug - een onafscheidelijk deel van de hele constructie - en nu tot het aankondigen van een volledige sloop. De initiatiefnemer van het project, de architectuurvereniging Archipel, pleit voor het behoud en de grondige renovatie van deze fragiele, maar grootse architectuur. Er dient een duurzame nieuwe brug te komen die de tijd kan trotseren en het paviljoen zijn oorspronkelijk elan teruggeeft. Archipel zal dan ook nationaal en internationaal steun zoeken voor het behoud.Zoals zovele tijdelijke constructies verdient deze kleinschalige, maar grootse architectuur een beter lot dan het Philips-paviljoen van Le Corbusier, de Sonsbeekpaviljoenen van Rietveld en van Eyck in de beeldentuin van het Kröller Müller Museum en het Barcelona paviljoen van Ludwig Mies van de Rohe die alle pas vijftig à zestig jaar na afbraak zijn of worden heropgebouwd. Archipel vraagt aan de burgemeester en het Brugse schepencollege om conform hun beslissing van oktober 2002 het Brugse paviljoen te behouden en duurzaam te renoveren.
Stedenbouwkundige input
“Mijn werk draait rond fluïditeit, het is een zoektocht om de constante, ononderbroken beweging van de dingen gaande te houden. Architectuur botst daar altijd mee. Architectuur legt vast, sluit in, scheidt en onderbreekt. In mijn ontwerpen hoop ik een dialoog aan te gaan met de fluïditeit.[...] Deze opdracht is voor mij uitzonderlijk belangrijk geworden. Nu, eindelijk, heb ik iets getekend dat de fluïditeit niet stopt, en dat toch nog altijd architectuur is. Voor het eerst heb ik het gevoel dat ik de ruimte niet insnoer en de beweging niet beperk.”
De Standaard, 10 november 2001.
Deze tot de fantasie sprekende woorden sprak Toyo Ito bij de bekendmaking van zijn ontwerp voor het paviljoen te Brugge. Hij was aangezocht om, met gevoeligheid voor de historische plek, de Burg weer te verbinden met een traditie van tien eeuwen architecturale kwaliteit, door het ontwerpen van een nieuwe en moderne constructie. De Burg is de plek waar Brugge ontstond, het is tevens de plek waar nog de funderingen van de voormalige Sint-Donaaskerk aanwezig zijn. Toyo Ito slaagde erin door het gebruik van innoverende technieken, gekoppeld aan zuivere architecturale lijnen, een beeld te creëren van lichtheid, vooruitgang, maar ook vergankelijkheid en evolutie. Het concept koppelt eenvoud aan een scherpe visie op de plek.
In diezelfde periode wezen ook enkele andere vooraanstaande architectuurmedia op het belang van hedendaagse architectuur in historische stadskernen en de opleving die deze met zich meebrengen. Het is een belang dat bij de Brugse top nochtans niet zouden moeten worden aangekaart. Net als de initiatiefnemende vereniging Archipel, is ook burgemeester Moenaert immers een begeesterd figuur geweest achter de realisatie van het paviljoen, waardoor voor hem en later voor vele andere architectuurliefhebbers zonder twijfel de draagkracht van deze kleinschalige, maar grootse architectuur duidelijk is.
Staaltje van technisch en menselijk kunnen
Het paviljoen is meer dan een architecturaal en cultureel statement, het is tevens een uitdaging aan de industriële know-how en het introduceert nieuwe materiaaltoepassingen. De schets van Toyo Ito en ingenieur Masato Araya in de eerste fase van het project was indrukwekkend. Een semi-transparante honingraatstructuur in aluminium zou te fragiel zijn om op zichzelf te staan. De voorgestelde aluminium panelen in de vorm van vlekken versterken niet alleen de gehele constructie, maar maken ook het conceptuele beeld van de traditionele Brugse kant compleet. De lasten tussen de panelen worden verdeeld door de honingraatstructuur.
h1.De historiek
Het voorstel voor het oprichten van een symbolisch geladen tijdelijk bouwwerk voor 2002, Brugge Culturele Hoofdstad kwam van de Brugse architectuurvereniging Archipel, die inmiddels meer dan 25 jaar bestaat. Het paviljoen is met groot enthousiasme door Brugge gerealiseerd. Voor Toyo Ito bleek het een radicale vernieuwing in zijn oeuvre en voor Brugge werd het een icoon en een architecturaal statement op een historische plek. Op 20 februari 2002 stapte het koningspaar het paviljoen in dat door de internationale architectuurpers enthousiast als “het paviljoen van de verbeelding” of “het kristallijne schrijn” werd gerecenseerd.
Na afloop van het cultuurjaar 2002 besliste het Brugse schepencollege midden oktober 2002 om het tijdelijke paviljoen dat oorspronkelijk was bedoeld om enkele gedurende het culturele jaar op de Burg te figureren, te laten staan. “Het paviljoen op de Burg is een prachtig staaltje van moderne architectuur, een sterk signaal in het nieuwe architectuurbeleid en samen met het Concertgebouw hét icoon van Brugge, Culturele Hoofdstad,” motiveert Moenaert de beslissing.
Jammer genoeg bleef het paviljoen niet gespaard van vandalisme: een dronken chauffeur testte de breedte, vandalen trapten op de watertoevoerbuizen en de voorbije zomer bracht een heftruck de ‘fatale’ zware schade aan de brug toe. Door dit onhandige manoeuvre van een verstrooide chauffeur is de drijvende brug nadien verwijderd. Eind december 2006 deelde burgemeester Moenaert de pers mee dat hij zou voorstellen de brug niet meer te vervangen, maar het paviljoen af te breken en een architectuurwedstrijd uit te schrijven voor een heraanleg van de Burg.
Oproep tot steunbetuiging
De vzw Archipel kan niet begrijpen dat het recent vooruitstrevende architectuurbeleid in Brugge plots wordt gehinderd door een onhandige heftruckchauffeur. Archipel wil dan ook pleiten voor het behoud van het ‘tijdelijke’ paviljoen omdat de vereniging overtuigd is van de grote architecturale waarde én van de toekomstmogelijkheden ervan. Niet als aftakelend ding, maar als goed onderhouden constructie met een nieuwe duurzame brug die stevig en lichtdoorlatend is. Er bestaan immers twee alternatieven voor de heropbouw van de brug die de goedkeuring van Toyo Ito hebben. Het gerenoveerde paviljoen zou als randvoorwaarde kunnen worden opgenomen in een architectuurwedstrijd voor de totale heraanleg van de Burg. Zoals zovele tijdelijke constructies verdient deze kleinschalige, maar grootse architectuur een beter lot dan het Philips-paviljoen van Le Corbusier, de Sonsbeekpaviljoenen van Rietveld en van Eyck in de beeldentuin van het Kröller Müller Museum en het Barcelona paviljoen van Ludwig Mies van de Rohe die alle pas vijftig à zestig jaar na afbraak zijn of worden heropgebouwd. Archipel vraagt aan de burgemeester en het Brugse schepencollege om conform hun beslissing van oktober 2002 het Brugse paviljoen te behouden en duurzaam te renoveren.