Claus en Kaan (NL)
De begraafplaats Heimolen in Sint-Niklaas bewijst dat neutraliteit ook onthutsend kan zijn. De twee gebouwen – het ontvangstgebouw en het crematorium, onderling verbonden door het landschap – dragen de stempel van de architectuurtaal die de ontwerpers gedurende zowat twintig jaar ontwikkelen. Die taal streeft in de eerste plaats naar eenvoud en helderheid, die de architecten bereiken door het rationaliseren van de organisatie van het programma. De aandacht voor details en afwerking draagt bij tot de elegantie; de manier waarop constructieve elementen zijn aangewend, maakt deel uit van de boodschap die de architectuur in zich draagt. De neutrale projecten van Claus en Kaan zijn uitermate geschikt om een nieuwe betekenislaag aan toe te voegen.
met extracten uit: Audrey Contesse, ‘Onthutsende neutraliteit’, A+219 (augustus-september 2009), pp. 32-36.
Het Nederlandse architectenbureau Claus en Kaan Architecten is in 1988 opgericht door Felix Claus (1956), die vanuit Amsterdam de opdrachten in het noorden van het land leidt, en Kees Kaan (1961), die vanuit Rotterdam de opdrachten in het zuiden van het land voor zijn rekening neemt. Beiden zijn opgeleid aan de Technische Hogeschool Delft en waren enkele jaren in dienst bij architect Rudy Uytenhaak. Drie architect-partners, vijftien medewerkers in Amsterdam en ongeveer dertig medewerkers in Rotterdam vormen een sterk internationaal samengesteld team. Het bureau is actief op het gebied van architectuur, interieur, restauratie en renovatie, stadsontwerp en stedenbouw waarbij ook onderzoek, ondersteuning en communicatie van projecten, acquisities en strategieën in complexe binnenstedelijke opgaven tot de expertise behoren.
Met grote aandacht voor detaillering en materialisering passen zij overwegend traditionele materialen toe zoals baksteen, maar ook aluminium en stucwerk, in volumes waarvan de gevelopeningen een regelmatig patroon hebben. De veelal rechthoekig minimalistisch vormgegeven ontwerpen van Claus en Kaan combineren strakke lijnen en ritmische gevels met eclectische, associatieve verwijzingen - maar geen letterlijke herhalingen - aan de moderne architectuur uit de jaren vijftig en zestig van de twintigste eeuw. Voor hen bestaat er geen wezenlijke tegenspraak tussen moderniteit en klassieke waarden. Het moderne wordt vaak toch conventioneel, doordat ontspannenheid en strengheid worden gecombineerd. Een van de eerste ontwerpen van Claus en Kaan bijvoorbeeld was Werf Buitenveldert (1992), waarvan de vormgeving was geïnspireerd op het Barcelona Paviljoen. Het project combineert de functionaliteit van een loods met de luxe van een bungalow aan de hand van breuksteen als gevelbekleding en een glazen kantine onder een Miesiaans dakvlak.
Christian Richters
Claus en Kaan heeft uiteenlopende woningtypes ontworpen. Zo huisvesten de pastelkleurige volumes langs het water in Ypenburg (2001) verschillende woningen, terwijl in Almere de woontoren Silverline (2001) met een gevel van aluminium golfplaten is gerealiseerd. Ook het Amsterdamse UvA dek (2002), een gebouw waarin studentenwoningen zijn gecombineerd met bedrijfshuisvesting, is een bijzonder ontwerp. Geheel afwijkend van alle voorgenoemde projecten is de vormgeving van het appartementencomplex en zorgcluster Eekenhof in Enschede (2008) in Amsterdamse School-stijl, waarbij Claus en Kaan af wilde stappen van hun gebruikelijke minimalisme.
Behalve de uiteenlopende woningbouw kan Claus en Kaan ook volgende bekende projecten onder hun naam scharen: het Museum Nationaal Monument Kamp Vught (2002), dat het gerestaureerde deel van het voormalige concentratiekamp Vught afschermt van de buitenwereld; de Nederlandse Ambassade in Maputo, Mozambique (2004); en het nieuwe Stadsdeelkantoor ZuiderAmstel (2008), waarin eigentijdse stedelijke allure met een vanzelfsprekende eenvoud is neergezet. Het bureau was tevens betrokken bij de restauratie en renovatie van De Bazel tot stadsarchief (2007). Daarnaast maken zij Stedenbouwkundige Plannen, onder andere voor de Amsterdamse uitbreidingswijk IJburg (2001). Een groot project waar Claus en Kaan Architecten momenteel aan werkt is het Paleis van Justitie aan het IJ in Amsterdam, dat naar verwachting in 2010 gereed zal zijn.
Voor de begraafplaats Heimolen bij Sint Niklaas, waar de lezing zal plaatsvinden, ontwierp Claus en Kaan Architecten een crematorium en een ontvangstgebouw. Uit praktische en milieutechnische redenen is de huisvesting van ceremonie en crematie op de begraafplaats zo ver mogelijk van elkaar gescheiden, terwijl enige verwantschap in voorkomen voor de hand ligt. Programmatisch kan men spreken van twee onderdelen van één ceremonie, waarbij sprake is van een ontvangst, rouw en verwerkingsdeel dat op de levenden en de aarde gericht is, terwijl de eigenlijke crematie - zelfs bij de meest non-religieuzen onder ons - een blik naar de hemel doet richten. De gebouwen zijn daarom ontworpen als elkaars spiegelbeeld in het horizontale vlak: een dak waaronder de ontvangstfuncties verenigd zijn en een plaat waarop het crematiegebouw ligt. Deze tegendraadse verwantschap wordt doorgezet in materialisatie en detaillering. Het dak van het ontvangstgebouw is 100 bij 40 meter. Een zelfde maat is aangehouden voor de betonnen voetplaat van het crematoriumgebouw. Dit gebouw is 9 meter hoog, om het beeld van een oven en een schoorsteen te vermijden en een veel breder gebaar te maken. De vloer en de wanden van het ontvangstgebouw zijn tot een hoogte van 6 meter gemetseld in een lichte steen. Het dak is ruim twee meter dik en is gepleisterd in de kleur van de steen. De gevel van het crematorium is bekleed met geprefabriceerde geprofileerde betonelementen van 1 bij 1 meter.
Kees Kaan en Felix Claus hebben hun streven eens omschreven als het willen doorbreken van de scheiding tussen low practice en high theory, tussen architectuur die dienend is aan haar directe doel en architectuur die zich over de hoofden van gebruikers heen richt tot collega-architecten en critici. Strengheid en ontspannenheid zijn kenmerkend voor het oeuvre van Claus en Kaan. Het zijn eigenschappen die vaak ook gelijktijdig zijn terug te vinden. Zelfs in de meest Spartaanse vorm is de architectuur van Claus en Kaan daardoor nooit meedogenloos hard.
Artikel samengesteld aan de hand van tekstfragmenten van ArchiNed, ArchitectenWeb, KunstBus en de website van Claus en Kaan architecten.
Bij de Nederlandse uitgeverij Prototype Editions verscheen een boekje betreffende het Crematorium Heimolen in Sint-Niklaas. Het is een uitgave op initiatief van Claus en Kaan Architecten en de Intercommunale Westlede, de opdrachtgever. Het werd een publicatie met zeer mooie fotografie, met o.a. beelden Sebastien van Damme en de internationaal erg gewaardeerde fotograaf Christian Richters. De tekst is van Marc Dubois, hoofddocent Departement Architectuur Sint Lucas Gent & Brussel. De vormgeving is van Paul Ouwerkerk.