Als je deze strook ziet is het best mogelijk dat onze website niet optimaal functioneert of zelfs niet werkt bij bepaalde onderdelen. Je gebruikt best een recente versie van Chrome, Firefox, Safari of Edge.

Contact | Secretariaat
Martine Pollier
Zandstraat 324, 8200 Brugge
T +32 50 322 420
info@archipelvzw.be

Lezing

Huiswerk

Uitdrukking als materie
Donderdag
16.03 2006
20:30

Met de steun van:

“Architectuur is niet langer het uitdrukken van een constructie, maar meer en meer het construeren van een uitdrukking. We bouwen niet met stenen, maar met bedenkingen over stenen.”

Volgens Dirk Somers en Erik Wieërs is de naam van hun architectuurbureau de letterlijke vertaling van architectuur. De term ‘huis’ staat immers voor het ideale gebouw of meer nog: de onmogelijke utopie waar elke architectuur naar streeft. Het werkwoord ‘werken’ slaat dan weer op doelgericht veranderen, aanpassen en optimaliseren. ‘Huiswerk’ staat dan ook voor de architecturale ambitie om van elk gebouw een huis te maken als uitdrukking van het dagdagelijkse.Geheel in de educatieve sfeer van de bureaunaam, is het kantoor in Antwerpen getooid met 26 fotolijsten die aan de hand van korte statements het ABC van architectuur volgens Huiswerk etaleren. Architectonisch, Bouwen, Constructie, Demodernisering, Ernst, Functie,... prijken op de hoge muren van het gerenoveerde herenhuis. Architect Somers pikt er enkele ‘letters’ uit die het bureau het meest typeren. Oxymoron of tegengestelden samenbrengen, “Neo-modernisme is Necrofilie”, Mnemotype1 dat de plaats inneemt van het archetype en het prototype en de drie opeenvolgende woorden Humor, Ironie en Juxtapositie die stellen dat Huiswerk spot met een overdaad aan contextualiteit.

Anders dan een bureau dat steeds met wedstrijden bezig is, houdt huiswerk ervan om te functioneren met kleine opdrachtgevers. Deze verplichten architecten er immers toe elke kleine problematiek tot in het detail te herzien omdat futiele randvoorwaarden de projecten inkaderen. Bovendien is het bureau na een periode privé-woningbouw nu vooral betrokken bij sociale huisvesting. In deze ingeslagen weg zetten de ontelbare beperkingen aan om schakelingen te bedenken die een bepaalde ruimtelijkheid tot stand brengen binnen conventionele plattegronden die daartoe eigenlijk geen ruimte bieden.

Een ander heersend thema binnen Huiswerks jonge oeuvre is het publieke domein. De architecten Somers en Wieërs gaan ervan uit dat elke plek evenveel objectieve analyses als ontwerpopportuniteiten kent. Elke lezing van de context is conceptueel. Context is fictie.2 De onthaalgebouwen De Hoge Rielen te Kasterlee tonen binnen deze ontwerpopvatting bijvoorbeeld duidelijk een ‘geforceerd’ plein om de basisfiguur van een loods te bekomen.

Voor de toepassing op Archipels jaarthema ‘materialiteit’, voert Huiswerk graag het begrip ‘unzeitgemäß’ uit hun ABC op. Afkomstig uit de titel van een boek van Friedrich Nietzsche Unzeitsgemässe Betrachtungen schaart ook Huiswerk zich achter de opvatting van de filosoof dat ‘oneigentijds’ niet enkel tegendraads is ten opzichte van de heersende tijdsgeest, maar ook tegengesteld is aan het toen heersende materialistische optimisme. Dat optimisme gelooft in een rationele optimalisering in de tijd van een ‘dommer’ verleden naar een ‘slimmere’ toekomst3. Het optimisme is vandaag wat getemperd. Huiswerk verbindt er zich toe om binnen de term ‘oneigentijdsheid’ nostalgie en utopie te verbinden met een onhistorische attitude. Zo inspireren Wieërs en Somers zich bijvoorbeeld op de typische detaillering van de Art Deco voor de stalen gevel van een kantoorgebouw te Antwerpen. Anderzijds zijn er heel wat projecten die omwille van de budgettering dwingen om bruut af te werken. Bij nadere beschouwing is het niet zo dat het bureau zich dreigt te verliezen in dwangbuisachtige ‘stijlvakken’ zoals het brutalisme. Zonder hiernaar op zoek te zijn, wordt Huiswerk er door omstandigheden toe gestuurd een specifieke agenda van baksteenarchitectuur te proclameren. Tegelijk met deze verplichting tot robuustheid, verbinden deze twee jonge Antwerpenaren er zich toe de cultuur of de ‘stiel’ van het metsen terug te brengen en in de schijnwerper te zetten aan de hand van pragmatische detailleringen. Constructie prevaleert op programma.

Zelf formuleren de architecten het zo: “Architectuur is niet langer het uitdrukken van een constructie, maar meer en meer het construeren van een uitdrukking. We bouwen niet met stenen, maar met bedenkingen over stenen.” Geïntrigeerd door noties als concept en context, eigentijdsheid en dagelijksheid, functie en constructie, graven Erik Wieërs en Dirk Somers als geologen in de betekenislagen van architectuur.Ook in het eenvoudige, maar sterke ontwerp voor de loods in het Brabantse Zoniënwoud - waar de lezing over de aanpak van Huiswerk zal doorgaan - komt deze opvatting duidelijk naar voor. Somers en Wieërs zullen aantonen dat zij deel uitmaken van een spraakmakende generatie jonge architecten gekenmerkt door eenvoudig materiaalgebruik en een Spartaanse attitude.

1 Mnemotechniek: methode om met allerlei hulpmiddelen voorstellingen met elkaar in verband te brengen en zo het geheugen te ondersteunen.

2 Uit: VAi/A16-reeks, Jonge Architecten, 03. Huiswerk Architecten, p. 14.

3 ibidem, p

Dominique Pieters