Als je deze strook ziet is het best mogelijk dat onze website niet optimaal functioneert of zelfs niet werkt bij bepaalde onderdelen. Je gebruikt best een recente versie van Chrome, Firefox, Safari of Edge.

Contact | Secretariaat
Martine Pollier
Zandstraat 324, 8200 Brugge
T +32 50 322 420
info@archipelvzw.be

Lezing

NAi vs Kunsthal

Door Katarina Vets
Vrijdag
26.11 1993
20:30
't Leerhuys
Groeninge 35
8000 Brugge
België

2 projecten in Rotterdam. Het NAi, het Nederlands Architectuurinstituut van Jo Coenen opent in oktober haar deuren, de Kunsthal van Rem Koolhaas werd in het voorjaar geopend.

Het pas geopende Nederlands architectuurinstituut was het resultaat van een architektuurwedstrijd die op een verhelderende wijze de stand van het recente architektuurdenken in Nederland illustreert.

Het metropolitane Rotterdam dat barst van heterogeniteit, is voor velen een niet-stad – het heeft immers (bijna) geen historische kern en/of verleden- en ver-wekt (jammer genoeg) juist daardoor een afkeer. Het is in die stad dat de wedstrijd uitgeschreven werd voor het Nederlands Architectuurinstituut.

Aangetrokken door het estetische beeld van Jo Coenens tekeningen, startte ik een ‘kritische’ zoektocht, die zowel het stedenbouwkundige, het funktionele alsook wel het semiotische pad bewandelde. Vandaag is er echter niet meer alleen de tekening, er is ook het visuele, het tastbare… m.a.w. het gerealiseerde gebouw of… ‘nieuw-s-gierigheid’ werd realiteit. Doch lijkt mij vandaag – en dit meer dan toen – het volgende citaat onontbeerlijk als startpunt voor dit architektuuronderzoek. De taak van de kritiek ligt naar mijn idee noch in het entousiast propageren en derhalve kritiekloos volgen, noch in het bewaken van de politieke paradigma’s van de architektuur.

Sedert de ontwerpen van Eisenman en Tschumi is de kritiek niet meer verbonden met een estetisch oordeel. Als er geen wezenlijk onderscheid meer is tussen architektuur en tekst zoals beiden veronderstellen, dan is de architektuur niet alleen als tekst te lezen, maar wordt de kritiek architektonisch. Terecht stelt Arie Graafland hier dat de estetische verschijning weinig relevantie biedt voor de bespreking. Belangrijk is de denkwijze die erachter schuil gaat. Is er een denkwijze aanwezig of verstopt men zich achter funktionele eisen of een formele modegril?

Welk bestaand paradigma van de architektuur werd gehanteerd of welke nieuwe benaderingswijze wordt naar voren geschoven. In een poging dit te achterhalen kan men zowel te rade gaan bij het vertoog van de architekt als bij de tekening. Maar de relatie tekst/tekening is vaak problematisch. Betekenis en bedoeling vallen vaak niet samen. Mijn zoektocht vertrok dan ook vanuit de tekening, welke ik ten gepaste tijde niet enkel toetste aan Jo Coenens vertoog, maar ook aan een ander projekt en andere benadering, namelijk Rem Koolhaas’ ontwerp voor het Nederlands Architectuur-instituut. Want juist zulke konfrontatie werkt relativerend.

Katarina Vets

Katarina Vets studeerde in 1991 af aan het St. Lucasinstituut Gent, waar ze de Van Hove prijs behaalde. Ze is tevens licentiaat in de Architektuurwetenschappen K.U.Leuven ’92 en is stagiair bij Marc Van Bortel.